Impact van technische leesvaardigheidstesten op leerlingen van het lager onderwijs
Er wordt aan de hand van deze masterproefstudie getracht enig inzicht te krijgen in de impact van technische leesvaardigheidstesten op lagereschoolkinderen. Dit verkennend onderzoek toont zijn belang op verschillende domeinen. Zo is het nuttig voor de scholen, aangezien het een beeld schetst van hoe de leerling de testing ervaart en geeft het informatie over hoe andere scholen het testgebeuren aanpakken. Bijgevolg kan het een aanzet geven tot praktijkverbetering.
Om de resultaten van dit onderzoek te bereiken, werd er een literatuurstudie verricht om tot verschillende thema’s te komen die bijdragen tot deze impact. Hierna werden de leerlingen bevraagd aan de hand van een kwantitatieve vragenlijst (n = 102) en de zorgcoördinatoren van de scholen aan de hand van een kwalitatief interview (n = 5). Zo verkregen we een globaal beeld en konden we evalueren of deze meningen afweken van elkaar. De verkregen kwantitatieve data werd vervolgens geanalyseerd met SPPS, de kwalitatieve met NVivo via thematische analyse.
Uit de resultaten blijkt dat de testen helpen bij het bepalen van de leesvooruitgang en spelen in op de verantwoordelijkheid van de leerling om deze vooruitgang te bereiken. Wederzijdse communicatie tussen de beoordelaar en de leerling is hierbij cruciaal. Het kind bewust maken van zijn vooruitgang en van het testdoel heeft een positieve impact op zijn emotioneel welzijn. Ook het peilen naar zijn beleving draagt hieraan bij. Deze informatie kan gebruikt worden om de testomstandigheden te verbeteren en gerichte interventies te implementeren in de leesontwikkeling van het kind. We stellen vast dat deze invloeden grotendeels onbekend zijn en soms onvoldoende in rekening worden gebracht door leerkrachten. Een beperking van dit onderzoek is de explorerende aard ervan, als ook een gemaakte dataverzamelingsfout. Een grotere steekproefomvang en het grondiger verdiepen in de emoties van het kind kan worden aangeraden.